Dilemma’s bij de informatie-uitwisseling in het sociale domein zijn er volop, zo bleek uit een bijeenkomst bij InnoValor waar ICT-ers, medewerkers van gemeentelijke wijkteams en afgevaardigden vanuit ministeries van gedachten wisselden over dit onderwerp. Hier een korte beschouwing met de focus op het wijkteam.

De dilemma’s ontstaan vooral vanuit de eis om de privacy van burgers te beschermen. Traditioneel reageert een medewerker (van oudsher maatschappelijk werker) van een wijkteam op een melding die binnen komt bij een ketenpartner of op een directe zorgvraag. In de huidige werkwijze gaat men in de regel ‘blanco’ bij iemand op bezoek om objectief de situatie te kunnen beoordelen. Het uitgangspunt hierbij is dat mensen zelf verantwoordelijk zijn en hulp krijgen aangeboden om zelf hun problemen te kunnen aanpakken. Hierbij is het onwenselijk om ‘te veel’ te weten of vooraf veel informatie te hebben. Medewerkers vragen mondeling toestemming aan de betrokkene als er gegevens nodig zijn van andere partijen. Die worden daarna verzameld via persoonlijk contact of, wanneer beschikbaar,  via een digitaal dossier. In deze manier van werken zit het zorgvuldig handelen in verband met privacy dus goed ingebakken. Medewerkers hebben een persoonlijk dossier vanuit hun rol als hulpverlener die niet gedeeld wordt met anderen. Ze leggen op hoofdlijnen resultaten vast in een ICT systeem. Hoe lang gegevens dan bewaard moeten blijven is weer een verhaal apart. Het kan nu gebeuren dat gegevens je blijven achtervolgen. Er kan bijvoorbeeld nog steeds een ‘vinkje’ voor een psychiatrisch verleden staan als je ooit als kind (kortdurende) hulp hebt gekregen dat geregeld werd via de gemeente. En daar bots je dan tegenaan als je een rijbewijs wilt aanvragen.

ICT heeft de belofte om gemakkelijker gegevens te kunnen delen vanuit verschillende dossiers. Een belofte die het mogelijk maakt om als medewerker van een wijkteam effectiever en efficiënter te kunnen handelen. En de belofte dat gegevens volledig en betrouwbaar zijn als aanvulling in tegenstelling tot de wellicht onvolledige informatie die mensen zelf geven. En als gegevens digitaal beschikbaar zijn, is het ook mogelijk om trends te herkennen op een dossier en preventief te kunnen handelen.  Een dergelijke manier van werken past zeker in deze tijd, maar minder goed bij traditionele werkwijzen.

Samengevat: de wijkteam medewerker wil goede zorg verlenen met bij voorkeur weinig administratieve (ICT) lasten. ICT kan informatie uitwisseling en dossier vorming gemakkelijker maken, wat niet per se past in de huidige manier van hulp verlening. Daar komt dan bij de verantwoording en besturing. De basis voor de management informatie komt van de ICT systemen: Welke resultaten hebben we geboekt? Hoeveel mensen hebben we geholpen? Welke middelen hebben we ingezet? En (vaak het belangrijkst): Wat heeft dit allemaal gekost? Hiermee moet de gemeente haar activiteiten en budgetten verantwoorden richting burgers en ministeries. Daarnaast moeten de bestuurders informatie hebben om de teams aan te sturen en budgetten te verdelen. Ook ministeries vragen informatie over activiteiten van de gemeentes. Een van de dilemma’s die we benoemden was het niveau van detail van sturingsinformatie en daarmee de knoppen waar bestuurders aan kunnen draaien versus het vertrouwen van bestuurders in de professionaliteit van hun wijkteammedewerkers.

Ik denk dat ondersteuning door middel van ICT veel zou kunnen bijdragen en de werklast bij de wijkteammedewerkers kan verminderen. En met een bestuurslaag die precies die sturingsinformatie vraagt die nodig is voor de wettige taken zou de administratieve last voor de wijkteammedewerker beheersbaar blijven. Ik denk overigens ook dat dit voor zowel wijkteammedewerkers als bestuurders een wezenlijke verandering is ten opzichte van de traditionele manier van werken. Dus we zijn er nog niet.